Gepresteerd | De eerste

Vorig jaar kocht ik een nieuwe auto. Geen tweedehandse, nee, een écht splinternieuwe auto met welgeteld 0 kilometers op de teller. Nu heb ik weinig met dure, materiële zaken in het algemeen en wellicht nog minder met auto’s in het bijzonder, maar ergens was ik best een beetje trots toen ik hem ging halen. Stiekem realiseer ik me nu pas dat er éigenlijk best een mooie, grote, rode strik om had mogen zitten, maar goed, wie weet komt dat ooit nog eens.

Eerlijk gezegd was ik, zeker de eerste weken, ook een beetje sceptisch, want ‘splinternieuw’ betekent in Autotaal vaak ‘meer snufjes’ en dát betekent vervolgens vrij vaak ‘meer problemen’. Nu is het weliswaar een hybride, waar ik tot een jaar geleden nog maar nauwelijks iets over wist, maar verder is het aantal technologische hoogstandjes beperkt. Geen camerasysteem. Geen regensensor. Geen vermoeidheidsdetectie. Geen fratsen.

Desondanks merkte ik recent problemen op met het hybride-systeem. Een belletje naar de garage leverde direct eerste horde op: de monteurs dachten dat ik simpelweg niet wist hoe het systeem behoorde te werken. Het kostte nogal wat overtuigingskracht om een afspraak te krijgen, waar de tweede horde zich opwierp: maar liefst drie man probeerde me duidelijk te maken dat ik toch écht niet wist waar ik het over had. Akkoord, een technische uitleg kon ik niet geven, maar dat er íets mis was wist ik wel zeker. Gelukkig nam een van de monteurs mijn ongetwijfeld onsamenhangende commentaar serieus, maakte een proefritje en constateerde dat er inderdaad ‘iets’ niet in orde was.

Al snel bleek het om een softwarefout te gaan, die niet verholpen kon worden met een simpele reset. Twee dagen garage, was het recept. Jammer genoeg bleek het oordeel op Garagedag 1 al iets pittiger: ik ben de allereerste met deze specifieke softwarefout en zelfs Fiat weet niet precies hoe de fout gefixt kan worden. Een hele prestatie, al zeg ik het zelf, zie dat maar eens voor elkaar te krijgen..! Mijn auto verbleef een derde dag in Hotel Garage, waarna beslist werd dat er ‘iets’ besteld moest worden om de fout te herstellen. Levertijd? Onbekend. Gelukkig kon mijn auto wel opgelapt worden zodat het veilig is om er ‘gewoon’ verder mee te rijden, anders was ik waarschijnlijk not amused...

Gezet | De stap naar bloeddonorschap

Lange tijd zette Dropbox alles op alles om mijn aandacht te trekken met de mededeling dat ik mijn opslaglimiet bereikt had. Aangezien stelselmatig negeren van die boodschap weinig effect had, besloot ik weken geleden op een druilerige vrije dag toch maar eens een digitale opruiming te houden. Zoals gebruikelijk bij welk soort opruiming dan ook raakte ik al snel afgeleid door de vele boeiende vondsten die ik deed. Zo stuitte ik op een bucket list, die ik opstelde maar waar ik vermoedelijk al snel mijn interesse in verloor. Eén van de dingen op die lijst was het oppakken van mijn bloeddonorschap.

In Nederland ben ik jarenlang bloeddonor geweest, maar na mijn verhuizing naar België, inmiddels ruim 7,5 jaar geleden, is het er nooit van gekomen dit weer op te nemen. Niet dat ik het niet geprobeerd heb overigens, maar na meerdere kastje-muur-saga’s was ik er wel een beetje klaar mee. Het is graag, en anders niet.

Met die ervaring in mijn rugzak zette ik in gedachten een streep door het idee om weer bloed te geven, waardoor het langzaam maar zeker van mijn radar verdween. Tot afgelopen dinsdag. Vanwege Wereld Bloeddonordag stond het doneren van bloed enigszins in de spotlights en dat wakkerde toch wat kriebels aan. Ik heb daarom de koe gelijk bij de horens gevat en de stoute schoenen aangetrokken om een allerlaatste poging te wagen om me alsnog aan te melden als bloeddonor. Dit keer had ik meer succes: volgende maand kan ik al gaan, en ja, ik ben blij dat het uiteindelijk toch rond is gekomen.

Bloed stroomt waar het niet gaan kan, blijkbaar.

Gedokterd | Afbouwen antidepressiva

Twee weken terug meldde ik dat ik, ondanks een periode van twijfel, besloten heb om te proberen mijn antidepressiva af te bouwen. Samen met de huisarts stelde ik een plan van aanpak op met ieniemienie-afbouwstapjes, ik trok naar de apotheek met een aangepast herhaalrecept en ging vol goede moed van start.

In eerste instantie leek er weinig aan de hand, op wellicht een licht euforische stemming van mijn kant na dan. Zie mij eens gaan, met minder antidepressiva in mijn lichaam! Gesteund door de overtuiging van de huisarts dat afbouwen volgens haar afbouwschema voor mij zeker haalbaar zou moeten zijn gingen de eerste dagen dus boven verwachting goed.

Helaas bleef die positiviteit niet lang hangen. Naarmate de week vorderde ben ik steeds slechter gaan slapen en ook overdag begin ik veranderingen te merken waar ik niet zo gelukkig van word. Ik voel me onrustig, waardoor ik me maar moeilijk kan concentreren. Zelfs een aflevering van NCIS kan ik niet in één keer kijken doordat ik minstens een keer of vijf opsta om ‘iets te gaan pakken’ of ‘even iets anders te gaan doen’, om vervolgens toch weer doodleuk op de bank te ploffen. Ook komen de figuurlijke grauwe sluier en de beklemmende leegte wat vaker om de hoek piepen.

Natuurlijk had ik geen rozengeur en maneschijn verwacht, maar dit alles zet me wel aan het denken over de vraag of het afbouwschema niet met nog kleinere stapjes moet dan was voorzien. Zelfs de vraag of ik überhaupt verder moet en wil gaan met afbouwen komt af en toe naar boven. Hoe het ook zij, genoeg stof tot overleg met de huisarts…

Geduld | Tweehonderdzevenenvijftig

Tweehonderdzevenenvijftig

Dat is het aantal dagen dat mijn oude, trouwe Ferrari stof heeft staan happen in mijn garage, nadat een vrachtwagen besloot om de kont van mijn Ferrari een ietwat andere vorm te geven. Oh, en geloof mij, na tweehonderdzevenenvijftig dagen niet gebruikt te zijn, ligt er dus écht een laag stof op je auto.

De afgelopen maanden ben ik het meer dan eens helemaal beu geweest dat mijn oude Ferrari nog in mijn garage stond te wachten op een laatste tocht richting de sloop. Het betekende immers dat mijn nieuwe bolide, die overigens nog altijd naamloos is, buiten moest blijven staan. Meermaals heb ik autoruiten staan krabben met de verzuchting ‘Toch fijn dat je een garage hebt…’.

Het hele verzekeringsdossier loopt zo traag als dikke stront door een trechter, obviously. Opvallend genoeg leek die dikke stront plots in diarree te veranderen toen ik het dreigement uitte dat ik mijn Ferrari buiten ging zetten, zonder op te draaien voor extra schade die weer en wind zouden veroorzaken. Dat het een loos dreigement was aangezien ik de Ferrari niet eens alleen uit mijn garage zou kunnen krijgen doet er in de verste verte niet toe: binnen een week was er iemand gevonden om het ‘wrak’ op te halen.

Gister was het dan zover. Mijn allereerste autootje, dat jarenlang perfect dienst heeft gedaan, vertrok op zijn laatste reis, waarna de nieuwe bolide snel diens plaats heeft ingepikt in de garage.

Getwijfel | Antidepressiva

Inmiddels zijn we bijna twee jaar verder sinds ik begon met het slikken van antidepressiva. De dagen waarop ik me verstopte onder een berg dekens en vrijwel alleen de deur uit ging om naar mijn werk te gaan liggen al een poos achter ons, de dagelijkse gang naar het pillendoosje een blijvende reminder aan die tijd.

Steeds vaker plopte de wens om te stoppen met de medicatie in mijn hoofd naar boven, om regelmatig vervolgens een paar dagen later zo hard te crashen dat het verminderen van de antidepressiva een immer onhaalbare kaart leek. Meermaals stapte ik zelfs naar de huisarts met als doel te vragen of de medicatie afgebouwd zou kunnen worden, om steeds weer buiten te stappen met een nieuw herhaalrecept, de vraag onuitgesproken gelaten.

Tot afgelopen maandag. In een volledig vernieuwde praktijk raapte ik mijn moed bij elkaar om mijn huisarts te vragen of het niet eens tijd zou worden om de antidepressiva stop te zetten, of toch op z’n minst af te bouwen. Even sloeg de twijfel weer toe toen ze me vroeg of alles nu dan perfect gaat, tot het besef kwam dat het niet perfect hóeft te gaan. Dat het waarschijnlijk nooit helemaal perfect zál gaan. Zelfs mijn meest perfectionistische kant kan daar vrede mee hebben.

Ik begon antidepressiva te slikken om de scherpste kantjes van mijn depressie te halen, iets wat ruimschoots gelukt is. Ik ben er aan toe om het zonder antidepressiva te gaan proberen, wat mijn huisarts gelukkig kon beamen. Met een op maat gemaakt afbouwschema en een aangepast recept stapte ik deze keer weer buiten: na lang twijfelen ga ik vanaf volgende week langzaam afscheid nemen van de antidepressiva.

Gezocht | Geldboom

Soms baal ik wel eens van het feit dat mijn vingers minder groen zijn dan ik had gehoopt. Talloze wanhopige pogingen om bloemen en planten in leven te houden zouden me dan bespaard zijn gebleven. Bovendien zou ik misschien met mijn groene vingers de bladeren in geldbriefjes kunnen doen veranderen. Helaas groeit geld echter niet aan de bomen en nee, het komt ook niet zomaar gratis uit de muur, zoals mijn Broertjelief als klein jochie dacht. Toch heb ik het punt in mijn leven bereikt waarop een geldboompje geen overbodige luxe zou zijn.

Mensen die mijn Twitter een beetje volgen zullen het inmiddels al wel weten: ik heb een koophuis op het oog. In België, voor de volledigheid. In de afgelopen (bijna) zeven jaar dat ik inmiddels in België woon heb ik er alles aan gedaan om al mijn opties om terug te keren naar Nederland open te houden. Aangezien mijn familie ‘nog gewoon in Nederland woont’ is dat geen gek idee, maar tegelijkertijd voelde het als een onaangenaam hinken op twee gedachten. Bij veel beslissingen die ik de afgelopen jaren genomen heb, speelde het idee ‘Misschien ga ik wel terug…’ een rol, terwijl ik, na een korte wenperiode, nooit voor mezelf de wens heb gehad om terug naar Nederland te verhuizen. Natuurlijk houd ik er rekening mee dat mijn ouders op den duur een leeftijd zullen bereiken waarop ik misschien liever dichter in de buurt zou wonen en ik sluit ook zeker niet uit dat ik ooit wel terug naar Nederland zou willen keren, maar op dit moment heb ik het naar mijn zin waar ik nu ben.

In dezelfde periode dat ik de knoop heb doorgehakt om het idee te laten varen om op relatief korte termijn terug naar Nederland te verhuizen, kwam er een pand op mijn pad dat mijn interesse kon wegdragen. Na het zoveelste gezeur met de buren was voor mij de maat vol. Ik heb de stoute schoenen aangetrokken en ben het pand gaan bezichtigen.
Een goede eerste indruk en een paar lijken die uit de kast vielen later zat ik vandaag bij de bank, met een zakje geldboomzaadjes. Ze zullen daar ongetwijfeld vruchtbare grond hebben, want binnen drie kwartier wisten de zaadjes zich al tot kleine boompjes te ontplooien.

Over een kleine twee weken weet ik meer over de woning. En die zaadjes? Daar hoefde ik me volgens de bank geen zorgen over te maken, die zullen zich ontwikkelen tot volwaardige geldbomen.

Gehoord | Over huisdieren

Vorige week dinsdag verscheen in Het Nieuwsblad een artikel over een bijzondere rechtszaak. Het departement dierenwelzijn had een Herentse kat in beslag genomen, naar aanleiding van een klacht van een buurtbewoner. De poes zou verwaarloosd worden en werd aan de zorgen van een asiel in de buurt toevertrouwd. De eigenares van de kat was het hier niet mee eens en trok naar de Raad van State, die de vrouw uiteindelijk gelijk gaf. Inmiddels bleek de kat echter spoorloos verdwenen: de poes kreeg mogelijk zelfs een spuitje in het asiel waar ze tijdelijk werd geplaatst. Alle reden voor de eigenaar om nogmaals naar de rechter te trekken.

Tijdens deze zaak beargumenteerde de advocaat van het departement dierenwelzijn blijkbaar dat er geen morele schade kan zijn. In zijn ogen waren katten ‘vervangbaar’ en zouden ‘een paar weken volstaan om te wennen aan een andere kat’. Hij ging zelfs nog verder en stelde bovendien dat na enkele maanden ‘een kat grotendeels vergeten is’. Dierenliefhebbers stonden op hun achterste poten.

En terecht, als je het mij vraagt.

Helemaal objectief ben ik natuurlijk niet, aangezien ik al mijn gehele leven omringd word door verschillende soorten huisdieren. In eerste instantie, bij mijn ouders thuis, waren het honden, vissen, vogels, cavia’s en dwerghamsters, maar eenmaal op een fatsoenlijk (studenten)appartement kwam er al snel een eerste kat, Jack, een jaar later gevolgd door een tweede, Neville. Jack overleed plotseling vlak voordat ik naar België verhuisde en daar ben ik kapot van geweest, net als dat ik van alle andere overleden dieren kapot ben geweest.

Inmiddels is het bijna 7 jaar geleden dat Jack overleed en heeft Neville in Arwen, Ray en Charlie nieuwe speelkameraadjes gevonden, maar dat neemt niet weg dat ik Jack zeker nog niet vergeten ben. Zelfs Kleintje, een poes die maar heel kort bij mij is geweest omdat ze te ziek was, komt nog vaak in mijn gedachten voorbij.

Vervangbaar?
Kapot speelgoed of kleren waar gaten in zitten, díe zijn vervangbaar.
Als jij een huisdier vervangbaar vindt, ben je het plezier van een huisdier niet waard.

Gebarsten | Oeps…

Je hebt mensen die handig zijn, mensen die minder handig of zelfs onhandig zijn, en je hebt mij. In mijn huishouden sneuvelt er regelmatig wel iets en ik presteer het om de meest vreemde ongelukjes te krijgen. Ik zou het zelfs voor elkaar kunnen krijgen om te struikelen over draadloos internet.

Vorig weekend haalde ik mijn meest recente stunt uit. Mijn telefoon, die ’s nachts bij mij in bed ligt omdat ik anders niet wakker wordt van de wekkerfunctie, was kennelijk op de grond gevallen. Eerlijk is eerlijk, dat gebeurt zo vaak dat ik vermoed dat het ding van slag zou raken als hij een maand lang níet op de grond zou vallen: je raapt hem op en het leven gaat gewoonweg verder. Het ieniemienie, kleine addertje onder het gras? Ik had dit keer niet door dat mijn telefoon op de grond lag, aangezien het nog donker was en ik in het weekend geen alarm zet…

Fris en fruitig Slaapdronken zwaai ik mijn benen over de bedrand, om rustig op te staan. KRAK..!

Dankzij mijn hersenschudding heb ik het gevoel dat ik op wolken loop, waardoor ik niet door had dat ik ongelijk stond – tot het te laat was. Oeps. Hoewel ik vreesde dat mijn telefoon volledig zou bezwijken onder mijn (over)gewicht viel de schade met enkel een gebarsten scherm relatief gezien mee: hij deed het nog gewoon en ondanks de barsten in het scherm was het touchscreen nog volledig te gebruiken.

Jammer genoeg begonnen sommige barsten afgelopen echter scherpe randen te krijgen, waardoor ik toch maar een nieuwe telefoon gekocht heb. Laten we hopen dat deze telefoon over enkele jaren op vrediger wijze met pensioen mag gaan…

Gezeur | Buren

Inmiddels woon ik al ruim vier jaar in een appartementencomplex in een klein gehucht, met naast mijn appartement nog vier andere appartementen. Veel contact met mijn buren heb ik nooit gehad; we groeten elkaar en maken zeer sporadisch een kort praatje, and that’s it. Het feit dat één van de buren in mijn ogen een expert was in klagen en zeuren deed daar ook geen goed aan. Aangezien deze persoon inmiddels verhuisd is en de nieuwe bewoners wel aardig lijken, dacht ik dat er ruimte was voor verandering. Die hoop kan nu de koelkast in.

Recent werd een nieuwe syndicus aangeduid door alle eigenaren, iemand die verantwoordelijk is voor het reilen en zeilen in ons complex en in het complex dat zich om de hoek bevindt. De beste man probeert een kennismakingsrondje te maken en kennelijk heeft tijdens één van zijn gesprekken een van de buren geklaagd over de kleur van mijn gordijnen. Deze moeten volgens een reglement wit, grijs of zwart zijn en zouden groen zijn. Nu zijn ze volgens mij wel degelijk grijs, maar ze zijn aan de buitenkant inderdaad wat verkleurd doordat ik mijn gordijnen altijd dicht heb.

Ik weet niet hoe het met mijn buren zit, maar ik heb echt 0,0 zin in discussie over iets onbenulligs als de kleur van mijn gordijnen, dus ga ik ze maar vervangen. Buiten het feit dat ik het boeiend vind dat mensen zich druk kunnen maken om zoiets belachelijks doet de feedback zelf me verder weinig: wat maakt mij de kleur van mijn gordijnen nu uit? Wat me echter wel mateloos irriteert is het feit dat ik, zeker niet voor het eerst, niet rechtstreeks aangesproken wordt. Iedereen kan bij me aanbellen of aankloppen en iedereen heeft mijn telefoonnummer, dus zo moeilijk zou dat toch niet moeten zijn. Goed, het kan een keer gebeuren dat het makkelijker is om feedback door te geven via de syndicus of de verhuurder van mijn appartement, maar steeds weer “iemand op me af sturen” bezorgt me een rotgevoel.

Nee, ik denk dat dit voor mij de welbekende druppel is geweest.

Gedupeerd | Boem is (geen) ho

Zoals je eerder al kon lezen, ben ik een maand geleden betrokken geweest bij een aanrijding. Terwijl ik aan stoplichten stond te wachten om af te slaan, heeft een vrachtwagen ‘in mijn gat gezeten’, zoals ze dat hier in Vlaanderen bijna poëtisch zeggen. Het resultaat was wat minder poëtisch, kan ik je zeggen. Niet alleen bleek mijn trouwe nep-Ferrari, tegenwoordig ook wel Rode Duivel genoemd, aanzienlijk beschadigd, ik kreeg helaas ook lichamelijke klachten. ‘Hersenschudding en een whiplash’, zo luidde het oordeel van de huisarts.

Daar waar tijd mijn hersenschudding en whiplash wel zal genezen, geldt dat uiteraard niet voor het achterwerk van mijn Fiat Panda. Ik kon gelukkig vrij snel voor een expertise naar mijn eigen garage, waar binnen een half uur de diagnose ‘total loss’ al gesteld werd. Gezien het feit dat mijn Rode Duivel eigenlijk een koekblik van 14 jaar oud is, viel dat eigenlijk wel een beetje te verwachten: het kwam dan ook niet geheel als een verrassing dat nog eens een half uur later de koop van een nieuwe auto beklonken kon worden.

Je zou denken dat de zaak dan ook snel rond kan komen: het is immers duidelijk wat er gebeurd is en wiens fout dat was, hooguit over de omvang van de schade zou discussie kunnen ontstaan. Niets is minder waar. Afgelopen week heb ik maar weer eens twee avonden besteed aan het invullen van de zoveelste verklaringen en documenten, en dan is het einde volgens mij nog niet eens in zicht.

Ik mag dan nog altijd last hebben van de fysieke gevolgen van de aanrijding, op dit moment vormt vooral de enorme papierberg een last op m’n schouders…